|
Bij het surfen kwam ik jou site tegen. Erg leuk! Zelf
was ik van de lichting 55-6.
Na een eerste opkomst bij de Verbindingsdienst ging ik
vrijwillig over naar de 2e Suriname compagnie 1956 (onderdeel van regiment van
Heutz, maar verbonden aan Oranje Gelderland). Van Heutz was het regiment die
alle buitenlandse uitzendingen deed o.a Korea en Suriname. Na een jaar Suriname
keerde alle dienstplichtigen terug naar Nederland en werden ingedeeld bij Oranje
Gelderland in de Johan van den Kornput kazerne in Steenwijk. Zo ook ik. Dat was
in die tijd 423 BIOG (Bataljon Infanterie Oranje Gelderland) Ik weet niet meer
welke Cie, maar als je de poort binnenkwam het eerste grote gebouw rechts van de
appélplaats. Ik denk A of C Cie.
Wij waren toen ook paraat in de 4e divisie en gingen 1
maal per 14 dagen met verlof. Eén keer zijn wij toen in opperste staat van
paraatheid geweest gedurende 2 weken. Dat was tijdens de opstand in Hongarije in
1956. Officieel vind je hierover niets terug. Het betekende geen verlof en avond
permissie, alles wat blonk, gespen koppel en enkelstukken, schouderembleem zwart
gemaakt. Leverde wel bij afzwaaien 2 extra vrije dagen op.
Daarna in 10 jaar tijd 3 maal op herhaling gedurende 23
dagen in Budel. Dat was dan 523 BIOG (eikenblad divisie) en 323 BIOG (3 tand
divisie). Op andere wijze ben ik thans als gepensioneerde betrokken bij Defensie
en kan je zeggen dat Oranje Gelderland na vele jaren weer is opgestaan.
Jammer genoeg maar ik heb geen enkele
foto. Wij gingen ook regelmatig naar Sennerlager in een afgedankte Engelse
kazerne. De rit daar heen was in de laadbak van de "oorlogsdaf" zoals wij hen
noemden die met de schuine neus. En over de bemanning tja het is voor mij
inmiddels 50 jaar terug. Mijn CC van 423 was kap. Lettinga "puntje" genaamd, hij
noemde iedereen Pietje, later kap. van den Dorpe, PC was res.1e lt Hoevers
en de PPC was dpl Sgt "Jantje" Roelofsen, groeps cdt was dpl Sgt Visser.
Een jaar geleden stond ik op een boerencamping met naast ons een jong stel. Hun
ouders kwamen op bezoek. een gezapige en gezellige man van en jaar of 55 wonende
in Steenwijk aan de Kallenkoterallee. Ik vertelde van mijn dienstijd
daar en hij vertelde mij dat hij vele jaren (volgens hem in de jaren van de
toegestane lange haren) daar bataljonsadjudant was geweest. Ik weet zijn naam
niet meer. Verder was er de PBC majoor Ebens, de CC van de Staf Cie was kap.
Wagenaar. Ja dat is alles. Op mijn dienstmakkers vind je er veel terug. Een
reünie zou leuk zijn. Ben best benieuwd naar de oude stompen. Ik
zwaaide ergens 1e kwartaal 1957 af. Houd mij op de hoogte als je iets weet.
Ik bezit nog met enige trots de mouw en baret emblemen uit mijn tijd. Dat was de
tijd van de Engelse battledress. Met name het mouwembleem oranjerood met daarop
in blauwe letters Oranje Gelderland. Kan mij nog herinneren dat het bataljon
een oorlogstaak zou krijgen ergens aan de grens tussen West en Oost Duitsland.
Wij vielen naar ik meen ook onder Engels NAVO bevel. Dat hield voor ons in, dat
bij het dragen van het 1e grijs je geen enkelstukken mocht dragen over de zwarte
kistjes die op de zool beslagen waren met spijkers. Je moest ook in uniform naar
huis op verlof. En ben menig keer door de MP op het station in Amsterdam
gevraagd waarom ik mijn enkelstukken was vergeten.
De 43 gemechaniseerde brigade had tot dusver 1 painfbat.
nl 44 painfbat Johan Wllem Friso. Om deze brigade ivm uitzendingen te versterken
is er een 45 painfbat Oranje Gelderland heropgericht met als legerplaats de
Generaal Spoor kazerne in Ermelo. Het heeft een opbouwtijd van 2 jaar en zal
bestaan uit een SSV en Ost Cie en 3 infanterie compagnieën. Ze worden
uitgerust met zowel rups als wiel YPR. Het totale personeelsbestand wordt 800.
Ik hoop dat je het leuk vindt om deze informatie te krijgen.
Groeten Ton Eijgenhuijsen.
|